Elsevier artikel: Hoe terecht zijn de klachten over ‘toeristenhel’ Amsterdam?

Amsterdammers klagen steeds luider over de enorme drukte in hun (binnen)stad, vooral door het massatoerisme. Hoe terecht zijn die klachten en wat is eraan te doen? Plus: een kaart van de toeristenhel, en een van rustgevend Amsterdam.

Terras en strandje zijn leeg, op een ouder stel na dat in diep gesprek is en een jonge moeder die haar zoontje entertaint, en andersom. Daarna een moederzoonselfie, voor het album later.

De geur van het water, sirenes heel in de verte, het geronk van de schepen op het IJ – dit is de verstilde, bijna serene kant die Amsterdam ook heeft. Maar goed, het is Amsterdam-Noord, en pas tien uur ’s ochtends. Er is een podium in aanbouw, dus ook hier slaat de festivallisering toe.

Bij het pontje terug naar het station melden zich plukjes backpackers met wapperende plattegrondjes en andere toeristen die zich erover verbazen dat de overtocht gratis is. Als het pontje terug is aan de achterkant van het station, heeft de rij wachtenden die willen overvaren zich alweer verdubbeld. Toerisme, ook hier.

Maar dat is niks vergeleken met wat je wacht als je via het Centraal Station het ­ándere Amsterdam bereikt, de historische binnenstad, of wat daarvan nog is te zien door de mensenmassa. Dit is het Amsterdam waarover Amsterdammers klagen, en waaraan het gemeentebestuur onlangs een nota wijdde, Stad in balans.
Lees verder op de website van Elsevier >>>

 

Ingezonden brief Parool: Wees blij met de touringcars vol toeristen

Amsterdam zou touringcars juist met open armen moeten ontvangen. Ze zijn veilig, milieuvriendelijk en zorgen voor banen. En dankzij de bussen zijn er minder auto’s binnen de stadsgrenzen, schrijft Carlo Cahn, secretaris van de branche-organisatie Koninklijk Nederlands Vervoer Bus.

media_xl_2303449[1]Wilt u meer of minder touringcars in de stad? ‘Minder!’ zullen veel inwoners van de binnenstad antwoorden.

Begrijpelijk, want touringcars kunnen voor overlast zorgen. Zeker gedurende het toeristenseizoen, dat nu in volle gang is. Chauffeurs uit diverse Europese landen hebben moeite een plek te vinden om passagiers in en uit te laten stappen. Er zijn immers maar weinig haltes beschikbaar en tot overmaat van ramp wordt er vanwege de Noord/Zuidlijn flink gebouwd en zijn routes in het centrum, zoals die langs het Damrak, afgesloten. Dat leidt tot meer fileleed, ronkende motoren en dolende toeristen.

Toch is het kortzichtig touringcars te verbannen uit het centrum. Kortzichtig, én slecht voor het milieu. Lees het hele artikel op de website van het Parool >>>


—————————————————————————————————————————–

Jammer dat de schrijver, Carlo Cahn, secretaris van de branche-organisatie Koninklijk Nederlands , in zijn artikel alleen aandacht besteed aan de economische belangen van zijn doelgroep.
Koninklijke horeca Nederland zou ook meer kunnen meedenken hoe de stad  de overlast kan beperken. Met name de horeca verdient veel aan al die toeristen, investeringen om de overlast te beperken blijven te vaak achterwege.

 

Amsterdam verwacht verdere groei en neemt maatregelen

Amsterdam neemt maatregelen om de groei van de stad in goede banen te leiden. Deze zomer start een aantal experimenten. Beter onderzoek met nieuwe technologieën moet uitwijzen welke feitelijke gevolgen de groei heeft voor Amsterdam. De resultaten leiden vanaf 2016 tot concrete voorstellen. Dit komt bovenop maatregelen die al in gang zijn gezet, zoals meer ruimte voor fietsers en voetgangers en stevige handhaving op illegale hotels.

Net als andere Europese steden heeft Amsterdam een grote aantrekkingskracht. Het aantal bewoners neemt toe en ook het aantal bezoekers is de afgelopen jaren gestegen. Het college ziet de groei van de stad als een positieve ontwikkeling; groei doet de stad bruisen, het brengt welvaart en kansen. Maar op sommige plekken en op sommige tijden ondervinden Amsterdammers hinder en overlast. Met meer dan 10.000 nieuwe Amsterdammers per jaar en een toenemend bezoekersaantal is het nu tijd om een koers te bepalen zodat de stad aantrekkelijk blijft voor iedereen. Met aandacht voor bewoners én het gastvrije karakter van de stad. Het college van B en W heeft daarvoor het startdocument Stad in Balans opgesteld.

Stad in Balans is een eerste analyse die het succes van de stad verklaart. Het is een verkenning van keuzes op de lange termijn zet op een rij welke maatregelen het college nu al neemt op de terreinen waar knelpunten ontstaan. Zo komt in de binnenstad meer ruimte voor fietsers en voetgangers, bijvoorbeeld in de Haarlemmerstraat en de 9 Straatjes. De bestrijding van illegale hotels is een prioriteit, het college investeert fors in de uitbreiding van handhaving daarop, zo werd vorige week bekend. Het college wil 5000 extra woningen per jaar bouwen. Daarnaast wordt van de Sloterplas een nieuw recreatiegebied gemaakt voor Amsterdammers en bezoekers. De stad blijft inzetten op spreiding van bezoekers gedurende het jaar en door de stad, ook op drukke dagen als Koningsdag en Oudjaar.

Experimenten

De experimenten die dit jaar starten, zijn gericht op ruimte maken en overlast verminderen. Resultaten kunnen leiden tot permanente maatregelen. De straten rond het Rembrandtplein worden op vrijdag- en zaterdagavond voetgangersgebied, met meer fietsparkeerplekken. Gemeente en ondernemers starten er een nieuwe samenwerking om overlast van uitgaanspubliek tegen te gaan. Op de Nieuwmarkt komt een proef met specifieke laad- en lostijden, een deel wordt autovrij gemaakt en ook hier komt meer ruimte voor de fiets. Het muziekevenement Appelsap gaat naar het Flevopark. Met de techniek van iBeacon wordt tussen Centraal Station en het Marineterrein een test gedaan voor betere informatievoorziening aan bezoekers met het doel hinderlijke drukte te voorkomen. Tijdens SAIL wordt met nieuwe technologieën gekeken hoe bezoekersstromen beter voorspelbaar en beheersbaar kunnen worden.

Onderzoek

Objectieve metingen en cijfers zijn essentieel om te kunnen kiezen voor de juiste maatregelen. We weten al veel, maar bestaande informatie kan beter worden benut en extra onderzoek leidt tot meer kennis. Zo wordt verfijnder onderzoek gedaan naar drukte in de binnenstad en worden verkeers- en bezoekersstromen beter in kaart gebracht.

Het startdocument Stad in Balans is tot stand gekomen na gesprekken met onder andere bewoners, ondernemers, kennisinstellingen, bestuurscommissies van de stadsdelen en andere belanghebbenden. Onder verantwoordelijkheid van coördinerend wethouder Kajsa Ollongren (economie). Deze gesprekken worden op regelmatige basis voortgezet. De gemeenteraad bespreekt het document Stad in Balans op 17 juni.

Download:  https://www.amsterdam.nl/publish/pages/713664/stad_in_balans.pdf

we102a

Bestuurders lijken net ondernemers die Amsterdam uitbaten

Bestuurders en ambtenaren lijken eerder ondernemers die Amsterdam uitbaten dan vertegenwoordigers van burgers, stelt Jos Mevissen. Bewoners zijn maar lastpakken en klagers.

Regelmatig plaatst Het Parool ingezonden brieven van inwoners die klagen over overlast. Klachten over herrie, horeca, beschikbare parkeerplaatsen, toeristen, illegale hotels, nachtelijke filmopnamen, enzovoort. Daarnaast staan de meningen van politici, deskundigen en andere belanghebbenden, zoals Boudewijn Oranje (bestuurscommissie Centrum) of Wim Pijbes (Rijksmuseum). Toenemende drukte in de stad leidt tot meer discussie over inrichting en gebruik van de (binnen)stad.

Er zijn twee kampen: degenen die klagen en zij die grote (groei)perspectieven schetsen. Die perspectieven variëren van ‘de ontwikkelingen zijn niet tegen te houden, er moet op ingespeeld worden’ (bijvoorbeeld Oranje) tot ‘als we dit of dat niet beter regelen, gaat dat ten koste van de economie van de stad’ (bijvoorbeeld Pijbes).

De klagers zijn bijna altijd inwoners van de stad. Zij worden als lastig ervaren als ze zich verzetten tegen nog ruimere openingstijden voor horeca, luidruchtige concerten in stadsparken, de ongebreidelde groei van short stay of tegen de komst van nog meer hotels. Zij klagen over de overlast, veroorzaakt door ondernemers die zelf veelal niet in de stad wonen, geen last hebben van de neveneffecten van hun activiteiten, maar er wel de vruchten van plukken. In mijn waarneming is één van de weinige organisaties die de belangen van bewoners deelt de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad (zie bijvoorbeeld het recente verzet tegen het bierwaterfietsenplan).

Dat inwoners steeds klagen is heel goed verklaarbaar. Partijen met (financieel-economisch) belang bij de groei van Amsterdam zijn beter georganiseerd dan de inwoners. Zij worden ondersteund door investeerders en banken, maar ook door bijvoorbeeld de gemeente of de Economic Board Amsterdam, daarin geruggensteund door Europese subsidies voor regionale ontwikkeling.

Ambities
Onze stadsbestuurders hebben ambities. Die economische groei van Amsterdam is hard nodig is. ‘We’ moeten in internationale ranglijsten niet op een vierde plaats staan, maar zo mogelijk hoger (burgemeester Eberhard van der Laan), ‘we’ moeten buitenlandse bedrijven aantrekken en ‘we’ moeten de werkgelegenheid vergroten.

De vraag is echter waarom. Argumenten zijn dat daarmee de effecten van de vergrijzing kunnen worden opgevangen, dat de werkloosheid bestreden moet worden of dat Amsterdam de economische motor van Nederland moet zijn. Zonder in te gaan op de (vaak gebrekkige) onderbouwing van dergelijke argumenten, valt op dat aan effecten voor inwoners weinig aandacht wordt besteed anders dan ‘ik geloof in de veerkracht van de Amsterdammer: we gaan geen uitdaging uit de weg’ (Oranje).

Lastpakken
De gemeente was ooit van en voor haar burgers maar die tijd lijkt in deze context ver achter ons te liggen. Bestuurders en ambtenaren lijken eerder ondernemers die de stad uitbaten dan vertegenwoordigers van burgers. Bewoners zijn niet ‘sexy’, maar lastpakken en klagers. Gescoord kan worden met het binnenhalen van een groot, duur hotel of een multinational, met meer bezoekers. Als gewezen wordt op overlast is het verweer dat de capaciteit ontbreekt op te treden of toezicht te houden.

Er wordt beweerd dat de inwoners ook voordeel hebben van de vooruitgang van de stad. Ook op de onderbouwing van die bewering valt wat af te dingen. Zeker als het gaat om de woonfunctie. Deze wordt steeds meer verdrongen door horeca. Detailhandel voor inwoners wordt vervangen door toeristenwinkels, de huizenprijzen stijgen, lagere inkomensgroepen worden verdrongen, parkeervoorzieningen worden duurder en schaarser, open ruimte is voor hotels in plaats van kinderspeelplaatsen of groenvoorziening.

Geen bewonersplannen
De gemeente betreurt het dat lagere inkomensgroepen en gezinnen met kinderen uit de binnenstad verdwijnen, maar het is een uitvloeisel van haar eigen beleid, of het ontbreken daarvan. Feitelijk is er geen beleid voor inwoners. Er worden economische plannen gemaakt, investeringsplannen, bestemmingsplannen, maar geen ‘bewonersplannen’ of ‘leefbaarheidsplannen’. Inwoners zijn het sluitstuk van ontwikkelingen. Zij kunnen dus niet anders dan reageren (klagen, zeuren) in plaats van actief een beleidslijn uitwerken die in hun voordeel is.

Amsterdam is nog geen Venetië¿, maar er kan niet lang meer worden gewacht; ergens is een punt dat de woonfunctie en het welzijn van inwoners in grote delen van de stad voorgoed om zeep zullen zijn geholpen. Het wordt tijd voor inwonersbeleid naast het economisch beleid om met afgewogen beslissingen te voorkomen dat Amsterdam verkwanseld wordt aan nietsontziend ondernemerschap.

(Door; Jos Mevissen)
Jos Mevissen

Jos Mevissen is economisch geograaf.Hij woont veertig jaar in Amsterdam. Deze bijdrage is op persoonlijke titel geschreven.

Ingezonden brief Parool 20 februari 2015